Als je als zesjarige je eerste stappen zette op het volleybalveld in de IJsselhal van VIVES, was er in elk geval één zekerheidje: je werd opgevangen door Martha Verstoep. Heel lang, een jaar of 24, trainde Martha met veel plezier de toernooimini’s. Menig seniorenlid, onder andere haar eigen dochter Jiska, heeft zij nog onder haar hoede gehad. Maar dat tijdperk is voorbij. Ze besloot afgelopen seizoen haar VT3-trainersdiploma te halen, waardoor ze hogere teams mag gaan training geven. Martha wilde namelijk een stapje hoger, naar de wat oudere jeugd, en is nu trainer van MC2.
Hoog tijd dus voor een gesprekje met deze vaste gast in de IJsselhal én voor een drankje aan de bar. Dus besloten we de rubriek ‘aan de bar met…’ nieuw leven in te blazen.
Hoe ben je ooit begonnen als trainer van de toernooimini’s?
“Mijn zoon Joël is in 1999 begonnen bij VIVES. Ik zat toentertijd in de Jeugd TC en wist dus dat er een trainer nodig was voor die groep, die toen nog de supermini’s heette. Voor mij was het niet een heel lastige keuze. Want ik moest toch Joël brengen en halen, dus dan kon ik net zo goed blijven en training geven.”
Maar ook toen Joël al lang en breed was doorgestroomd naar de hogere jeugdteams, bleef Martha de mini’s trouw.
Wat maakte het voor jou zo leuk om met deze groep te werken?
“Ik vond het heel leuk om met kinderen bezig te zijn, om met ze te werken. Je had natuurlijk talenten en kinderen van wie je wist dat die nooit heel goed zouden worden. Maar die deden wel heel erg hun best en daar haalde ik ook veel plezier uit. Als je een simpel balletje aangooide en die konden ze dan ineens wel goed terug passen, dan word ik daar ook heel blij van.”
“En ik vind het heel interessant om te proberen iemand beter te maken. Als iemand serveert en het lukt niet, wat gaat er dan verkeerd? Als je dan tips kunt geven, zoals bijvoorbeeld dat iemand zijn verkeerde been voor heeft staan, waardoor het ineens wél lukt, is dat heel leuk. Dus het stukje observeren, kijken hoe je iemand beter kunt maken, vind ik ook leuk.”
Waarom heb je ervoor gekozen nu een hoger team te gaan trainen?
“Ik heb er weleens eerder aan gedacht, maar mijn verantwoordelijkheidsgevoel weerhield me daarvan. Er zijn namelijk heel weinig mensen, zeker volwassenen, die op de trainingstijd van de toernooimini’s (16.30 uur) beschikbaar zijn om training te geven. Ik heb er zelf ook dingen voor moeten afzeggen. Jarenlang hebben we gehad dat we eigenlijk nooit met het hele gezin samen aten. Dan kwam ik om 18.00 uur thuis, terwijl de kinderen om 18.00 uur begonnen met trainen. Dat wil en kan niet iedereen en maakt het lastig om te zeggen: ik stop ermee. Want, wie gaat het dan overnemen? Dat heeft me er lange tijd van weerhouden om een eigen team te gaan trainen en coachen.”
“Maar ik ben er vorig jaar een tijd tussenuit geweest, vanwege een operatie aan mijn hart, en toen werd mijn afwezigheid wel opgelost. Dat is dan heel mooi om te zien. Dus heb ik afgelopen seizoen toch besloten een MC-team te gaan trainen. Ik vind het heel leuk om echt een eigen groep te hebben nu. En daar komt ook coachen bij kijken, wat nieuw is voor mij. Bij de mini’s heb ik dat nooit gedaan. Is een ander soort verantwoordelijkheid, maar wel heel leuk om te doen.”
Bij VIVES ben je nu vooral bekend als trainer, maar heb je ook zelf gevolleybald?
“Ja, zeker! Ik ben in Soest begonnen. Toen ik naar Vleuten verhuisde, heb ik paar jaar daar gespeeld en ben na verhuizing naar IJsselstein bij VIVES komen spelen. Ik kwam hier in wat lagere teams terecht, waar gezellig ballen het belangrijkst is en waar sociaal gewisseld wordt. Maar ik ben zelf heel fanatiek. Als ik dan aan de kant stond, omdat het toevallig mijn beurt was aan de kant te staan, en mijn kinderen stonden op andere velden te spelen, wilde ik liever bij mijn eigen kinderen kijken. Dus toen ben ik gestopt met zelf spelen.”